5 tips om goed te tillen

Goed tillen is belangrijk om geen rugpijn te krijgen, maar waar moet je op letten?

1 Maak een groot steunvlak

Tillen is eigenlijk niet zo zeer een manier van een voorwerp verplaatsen, maar vooral een manier van jezelf verplaatsen waardoor het voorwerp mee gaat. De stand van je voeten is hierbij erg belangrijk. De voeten moeten voldoende ver in spreidstand staan en de ene voet naar voren ten opzichte van de andere. De voeten staan als het ware rond het voorwerp.   Op deze manier valt het zwaartepunt van het voorwerp binnen het steunvlak van de voeten. Zo blijf je stabiel staan en verlies je je evenwicht niet.  Eén voet moet daarbij plat op de grond blijven staan.

2 Houd het voorwerp dicht tegen je aan

Als je het voorwerp dicht tegen je aanhoudt, blijft het makkelijker in je steunvlak en voelt het dus lichter aan. Stel je maar eens voor dat je een emmer water draagt: Wat voelt het zwaarst? Dichtbij of ver van je af? Probeer het op dit moment eens even uit. Je merkt direct verschil.

3 Houd de rug recht

De rug heeft van nature een lichte holle onderrug, een heel licht gebogen bovenrug en een gestrekte nek. Deze vorm is een krachtige constructie en heeft een grote belastbaarheid.  Deze natuurlijke curves bewaar je tijdens het tillen. Je stabiliseert de wervelkolom door aan te spannen en recht te houden op het moment van tillen. Precies zoals gewichtheffers dat doen.

4 Buig door de knieën

Als een gewicht in hoogte vertild moet worden, doe je dat door de knieën te buigen. Als het van de grond getild moet worden, zet je de voeten om het voorwerp heen, buig je de knieën, kantel je de romp naar voren vanuit de liezen, pak je het voorwerp en strek je de knieën en de romp weer. Het voorwerp wordt nu opgetild, maar wat doe je dan bij het neerzetten?

5 Voetenwerk

Het voorwerp hoeft zelden alleen opgetild te worden. Het moet daarna meestal ergens neer gezet worden. Moet het naar voren gezet worden, maak dan een stap naar voren tijdens het neerzetten. Moet het naar links of rechts gezet worden, verplaats dan de voeten naar links of rechts. En afhankelijk van de plek, zet je ook een voet naar voren of achter, zodat je een draaibeweging vanuit de voeten maakt.